-
1 een mondvol Engels
een mondvol Engels -
2 een mondvol rook
een mondvol rook -
3 mondvol
♦voorbeelden:een mondvol rook • une bouffée de fumée -
4 mondvol
-
5 dat is een hele mondvol
dat is een hele mondvolVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dat is een hele mondvol
-
6 Mund
〈m.; Mund(e)s, Münder〉2 opening, ingang, mond♦voorbeelden:〈 informeel〉 Mund zu! • mond houden!aus berufenem Munde • uit betrouwbare bronjemandem das Wort aus dem Mund nehmen • iemand de woorden uit de mond nemenein Wort dauernd im Mund führen • een woord voortdurend in de mond hebben, gebruikenin aller Munde sein • op ieders lippen zijnin aller Leute Munde sein • bij iedereen over de tong gaanjemandem nach dem, zum Mund reden • iemand naar de mond pratenvon der Hand in den Mund leben • van de hand in de tand leven¶ 〈 informeel〉 sich 〈 3e naamval〉 den Mund fransig, fusselig reden • zich de blaren op de mond praten, (vergeefs) op iemand inpratenjemandem den Mund verbieten • iemand beletten te spreken -
7 einen Mund voll
-
8 bouchée
bouchée [boesĵee]〈v.〉2 bonbon♦voorbeelden:1 ne faire qu'une bouchée de qc. • iets opschrokken, in één hap ophebben〈 figuurlijk〉 ne faire qu'une bouchée de qn. • iemand snel afmaken, inmakenf1) hap(je)2) bonbon -
9 mondje
♦voorbeelden:ogen open en mondje dicht • (keep your) eyes open and mouth shut(denk erom,) mondje dicht • mum's the wordeen zuinig mondje • a prim mouth〈 figuurlijk〉 hij is niet op zijn mondje gevallen • 〈 rad van tong〉 he has a way with words; 〈 bijt van zich af〉 he gives as good as he gets -
10 mouthful
n. hap; mondvol[ mauθfoel]1 mond(je)vol ⇒ hapje, brokje♦voorbeelden:2 a large mouthful to swallow • moeilijk te slikken/geloven
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Французский